HEEMSKERK - Het college stemt in met het Klimaatadaptatieplan 2021-2026. Met dit plan werken we aan een klimaatrobuuste omgeving in 2050. In de komende periode van 30 jaar is het mogelijk om maatregelen te koppelen aan nieuwe ontwikkelingen in de gemeente. Op deze manier maken we de buurten en wijken in Heemskerk klimaatrobuust.

Het klimaat verandert

Er valt meer regen, buien worden extremer, perioden van droogte worden langer en de hitte neemt toe. Daardoor lopen we risico op het gebied van veiligheid en gezondheid. Hoe houden we onze voeten droog? En hoe gaan we om met hete zomers? We zullen ons moeten aanpassen aan het extremer wordende weer.

Klimaatadaptatieplan
Eind 2017 is het eerste landelijke Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) verschenen. Daarin staat dat alle betrokken partijen een klimaatadaptatieplan moeten maken. De gemeente Heemskerk heeft het plan samen met de gemeente Beverwijk en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier gemaakt. Het plan geldt voor de volgende 6 jaar.

Gemeente Heemskerk heeft een aantal speerpunten

Enkele speerpunten in Heemskerk zijn het vasthouden van regenwater, het vergroenen van de wijken en het creëren van ruimte voor water. Een van de maatregelen die we bijvoorbeeld nemen is het aanleggen van de waterbergende weg. De weg vangt het water op onder het wegdek, waarna het water infiltreert in de bodem. We lopen als Heemskerk voorop in de ontwikkeling van dit systeem. Ook werken we aan meer en betere waterberging om bij extreme regenval het water goed te kunnen opvangen. Daarnaast zetten we in op minder verharding en meer groen. De inwoners van Heemskerk kunnen daarbij helpen. Het klimaatrobuust maken van de buurten en wijken in Heemskerk pakken we dan ook samen op!

Wethouder Gaatze de Vries is zeer positief over de stappen die zijn gezet in de ontwikkeling van de waterbergende weg. “Vanuit andere gemeentes komen medewerkers op bezoek in Heemskerk om het systeem te bekijken. Maar we zijn nog niet klaar. De komende tijd blijven we de werking van het systeem nauwkeurig monitoren en verbeteren. Dit doen we samen met de Hogeschool van Amsterdam”.